Ik krijg nog steeds tranen in mijn ogen als ik eraan
terug denk. Mijn collega besluit de voeten van de dakloze vrouwen met wie ik
werk te masseren. Ik kijk haar enigszins bedenkend aan en vraag mijzelf af of
ik dat ook zou durven. Iemands voeten masseren. Ik krijg er geen fijn gevoel
bij. Ik observeer mijn collega voor enkele minuten en probeer dan toch een
poging te wagen. Met wat olie begin ik zachtjes de voeten van een oudere vrouw te
masseren. Ik kijk naar haar voeten die een zwaar leven achter de rug lijken te
hebben. Haar voeten zijn misvormd, gebogen tenen en haar nagels zien er verkalkt
uit. De vrouw laat merken dat haar voeten pijn doen terwijl ik zachtjes door
masseer. Als ik een paar maanden later in een landelijke krant lees dat deze
vrouw niet lang hierna is overleden wordt ik stil. Ik denk aan de plaatsen waar
haar voeten haar hebben gebracht in haar leven. Die misvormde voeten die ik nu
nog steeds voor me zie.
Ook mijn eigen voeten brengen me op onbekende plekken. Ik mocht al op de Chinese muur staan en de Klaagmuur aanraken. Toch blijven mijn
verblijf in Ghana en op Bonaire mij waarschijnlijk langer bij. De mensen, de
cultuur en het land. Het heeft allemaal indruk op mij gemaakt. Indrukken die ik
soms nog een plek moet geven. Als je reist stap je in een andere wereld. In Ghana
heb ik gezien wat het 'leven op straat' inhoudt en op Bonaire heb
ik gehoord wat het 'leven van de straat' betekent. Ik heb geleerd hoe het is om als mens tegenover een mens te zitten en te luisteren
naar een verhaal. Geleerd dat we als mens tegelijkertijd
sterk maar ook zwak kunnen zijn. Sterk om te vechten voor onze dromen maar
tegelijkertijd zwak om ze te volbrengen. En weer moet ik denken aan de misvormde voeten van deze vrouw, waarschijnlijk sterk genoeg om haar te dragen maar te zwak om door te gaan.